Skip to main content

Ratio en gevoel

Dick schrijft vandaag over de schijnbare moeilijkheid tussen ratio en gevoel, o.a. aan de hand van zijn studie-ervaringen en deelname aan de Alphacursus. Is die moeilijkheid er wel echt?

De schijnbare moeilijkheid tussen ratio en gevoel blijft een hardnekkige zienswijze. Ik schrijf niet voor niets het woord schijnbaar, want ik geloof hier namelijk niet in. Tijdens mijn studie psychologie miste ik bij de bespreking van religie nog wel eens het gevoelsaspect. “Oké, we doen geen uitspraken over God want die is nu eenmaal moeilijk te meten, maar de definitie God betekent desondanks toch wat voor mensen?”

Leap of faith

En bij religiewetenschappen miste ik af en toe de rationaliteit “Oké, je beargumenteert wel dat iets zo is, maar dat kun je toch ook nog toetsen en testen?”. Deze twee persoonlijk ervaringen deden mij al snel inzien dat religie een relatie tussen deze twee aspecten is. Je hebt je brein (ratio), maar alleen red je het daar niet mee (wat betreft geloof) en dan komt gevoel (emotie) de hoek om kijken. Het loslaten van het ratio.

De Deense filosoof Kierkegaard ging me lang geleden al voor in deze gedachten: hij stelde dat je voor de ultieme geloofservaring een ‘the leap of faith’ nodig hebt. De sprong (leap) waar je je verstand achter je laat om datgene te proberen te vangen wat dit verstand te boven gaat. En het leven en het opstaan uit de dood van Jezus, maar ultiem gezien ook het bestaan van God, gaan ons logische verstand nu eenmaal te boven. Deze leap zou je kunnen vertalen als een gevoelskwestie, het gaat immers het verstand te boven. Dus uiteindelijk lijkt de conclusie alsnog dat geloof dus vooral uit gevoel bestaat.

Geen woorden

Bij de Alphacursus werd mij eens voor de voeten geworpen dat ik te weinig voelde en teveel in mijn hoofd zat. De reden was waarschijnlijk ook omdat ik niet de juiste taal (zie onze vorige blogs) bezigde. Ik vind het namelijk vaak moeilijk om mij te uiten over zaken die diepste gevoelens aangaan. Als ik een prachtige tekst lees, een fantastisch nummer hoor of een wandeling door de natuur maak, heb ik vaak geen woorden of te beperkte woorden voor deze ontroering. Ervaringen die misschien in de buurt komt van een ‘goddelijke’ ervaring.

Veel mystici kenden ‘mijn probleem’ ook al, als ze de God uit hun ervaringen onder woorden probeerden te brengen. Wat ze dan vervolgens wel onder woorden probeerden te brengen, werd door veel tijdgenoten dan omschreven als vaag of zweverig. Het zal je dan ook niet verbazen, maar ik kan me echt verliezen in deze pogingen van de mystici.

Vaag en moeilijk?

Bij de Alpha had ik moeite om het welbekende jargon te gebruiken, want dat voldoet mijns inziens dus niet aan de ervaringen die ik heb met God. Ik probeerde mijn gevoelens wel uit te leggen, maar het ontbreken van de juiste woorden, stuitte toch vaak op onbegrip en ontlokten dus de gewraakte uitspraak aan mijn adres. Onbegrip of niet proberen te begrijpen geeft al snel een gevoel van isolatie en eenzaamheid.

Die uitspraak kwam er eigenlijk ook op neer dat ik een beweging richting hen moest maken, terwijl een lezing van mijn verhalen (tussen de regels door weliswaar) toch regelmatig overeen kwam met mijn andere groepsleden. Er werd dus een beweging van hen gevraagd. Er was beweging en een vertaalslag nodig wat mijn gevoelens betreft, wat gezien de vorm en inhoud van de Alphacursus geen vreemde situatie zou moeten zijn. De Alphacursus dient namelijk als laagdrempelige instap van het christelijk geloof. Deelnemers kunnen gelovig en ongelovig zijn.

Maar in deze setting, maar ook in de kerk, vind ik weinig ruimte en inlevingsvermogen. Je wordt al snel weggezet als vaag en moeilijk te volgen vanwege het ontbreken van de bekende taal(constructies).

Kern van de zaak

Ik wil ook graag naar de kern van de zaak (zie ook deze blog van Renco), naar de zaken waar het nu echt om gaat. Het klinkt heel zwaar maar ik wil naar de kern van het bestaan en geloof. Deze kern bestaat namelijk maar uit een paar pijlers, en die zijn niet eindeloos (hint: vragen daaromtrent starten met wie,wat en hoe). Zaken als kerkelijke (afkomst), cultuur, persoonlijkheid enzovoort zijn echter wel eindeloos en vertroebelen vaak de zaken waar het om draait: wat betekent religie/God nu voor je?

Mijn hoofd (ratio) probeert zoveel mogelijk van deze hindernissen die mijn zicht vertroebelen weg te halen. Dit proces klinkt vaak berekend, maar heeft een doel, namelijk toewerken naar het begrip (of een benadering) van de gevoelens omtrent die kernzaken.

Een voorbeeld om dit hopelijk te verduidelijken: je vraagt je af waarom een gebed in de kerk je altijd zo moeilijk valt. Waarom bidt men eigenlijk altijd een bepaalde manier? Waarom werkt dit niet voor mij? Waar gaat het in de kern nu eigenlijk om? Met die nieuwe kennis bepaal je vervolgens voor jezelf wat je hoopt te bereiken en wat zal bijdragen om dit doel te bereiken. De conclusie kan ook allerlei vormen en manieren aannemen. Kortom: je pelt een niet-werkende (althans niet voor jou) traditie af tot je bij de kern komt en probeert een andere weg naar deze ontdekte kern te vinden. Een huwelijk tussen ratio en gevoel.

(Zelf)kennis

Tenslotte: kennis is ook zelfkennis. Een ervaring van het goddelijke doet je jezelf kennen. En diep in jezelf, is God te vinden.

‘Ziel, zoeken moet je jezelf in Mij/ en Mij moet je zoeken in jezelf/[…]/ En mocht je soms niet weten/ waar je Mij zult vinden,/ dwaal dan niet van hier naar ginds,/ maar, als je Mij vinden wilt,/ moet je Mij in jezelf zoeken.’ (Theresa van Ávila, mystica uit de 16e eeuw)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Meer over Dick Sluiter

Dick is zo’n 40 jaar, getrouwd en vader van drie kinderen. Hij is zeer geïnteresseerd in alles wat met religie te maken heeft, van kunst tot wetenschap en van traditioneel tot postmodern.