Skip to main content

Waarom doet God niets?

| Renco Schoemaker |
Ellende. Het overkomt ons en we zien dat het anderen overkomt. Waarom doet God niets?

Een tijdje terug ben ik begonnen in het boek ‘De stilte van God – waarom geloven moeilijk is’, geschreven door Reinier Sonneveld (link bol.com). Da’s diezelfde Reinier die dat boek ‘Het Goede Leven’ schreef waarover Len het afgelopen week had (link bol.com). Afgelopen week las ik hoofdstuk 6 genaamd: ‘Waarom doet God niets?’ Ziehier, de titel van deze blog. Daar kwam bij dat ik afgelopen week een kerkdienst bijwoonde van Arie van der Veer die ging over Genesis 4. In dat hoofdstuk lezen we Kaïn zijn broer Abel doodslaat. Ik dacht: vrijdag schrijf ik een blog over het kwaad in de wereld en waarom God daar niet aan doet. So far so good.

Pittig

Een onderwerp voor een blog bedenken, en er één over schrijven zijn twee verschillende dingen. Gaandeweg krijg ik het idee dat ik het mijzelf niet erg makkelijk heb gemaakt. Hoe dan ook, ik wil graag eerst ingaan op Genesis 4 en daarna op het antwoord van Reinier op de vraag waarom God niets doet. En hopelijk breng ik die twee voor jou als lezer op een samenhangende manier met elkaar in verbinding.

Geen ingrijpen

De hamvraag die in de preek aan bod kwam is: waarom laat God het toe dat Kaïn zijn broer Abel doodslaat? Laten we allereerst het stuk eens lezen (NBV):

Adams zonen
1 De mens, Adam, had gemeenschap met Eva, zijn vrouw, en zij werd zwanger en bracht Kaïn ter wereld. ‘Met de hulp van de HEER,’ zei ze, ‘heb ik het leven geschonken aan een man!’ 2 Later bracht ze zijn broer ter wereld, Abel. Abel werd herder, Kaïn werd landbouwer. 3 Op een keer bracht Kaïn de HEER een offer van wat hij had geoogst. 4 Ook Abel bracht een offer; van de eerstgeboren dieren van zijn kudde koos hij de mooiste uit. De HEER merkte Abel en zijn offer op, 5 maar voor Kaïn en zijn offer had hij geen oog. Dat maakte Kaïn woedend, zijn blik werd donker. 6 De HEER vroeg hem: ‘Waarom ben je zo kwaad, waarom kijk je zo donker? 7 Handel je goed, dan kun je toch iedereen recht in de ogen kijken? Handel je slecht, dan ligt de zonde op de loer, begerig om jou in haar greep te krijgen; maar jij moet sterker zijn dan zij.’ 8 Kaïn zei tegen zijn broer Abel: ‘Laten we het veld in gaan.’ Toen ze daar waren, viel hij zijn broer aan en sloeg hem dood. 9 Toen vroeg de HEER: ‘Waar is Abel, je broer?’ ‘Dat weet ik niet,’ antwoordde Kaïn. ‘Moet ik soms waken over mijn broer?’

Een paar zaken vallen (mij) op. Allereerst de ogenschijnlijke willekeur waarmee God het ene offer aanvaardt, maar het andere afwijst. Waarom is dat zo? In de exegese wordt vaak verwezen naar Hebreeën 9:22 waar staat (NBV):

22 Volgens de wet wordt inderdaad vrijwel alles met bloed gereinigd, want als er geen bloed wordt uitgegoten, vindt er geen vergeving plaats.

Kaïn was landbouwer en offerde van wat hij had geoogst, maar ja: graan bloedt niet. Abel daarentegen was herder en offerde de mooiste uit de kudde. Zelf vind ik deze uitleg wat simplistisch omdat ik uit de tekst uit Genesis meen op te maken dat er in Kaïn meer omging dat God deed besluiten zijn offer af te wijzen. We zullen het niet weten.

Ten tweede valt mij op dat God het aan lijkt zien komen dat Kaïn zijn broer kwaad wil doen. In vers 6 praat God op hem en eindigt met de woorden dat hij sterker moet zijn dan de zonde. En dan toch, Kaïn gaat met Abel het veld in en slaat hem daar dood. Bam. En God kijkt toe? Wanneer je nog verder leest, valt je misschien nog op dat Kaïn later nog bescherming krijgt van God ook. Over vergevingsgezindheid gesproken! Toch kan je de vraag bekruipen: had God niet veel beter gewoon kunnen voorkomen dat Kaïn zijn broer Abel doodsloeg?

De slang

In diezelfde preek greep Arie van der Veer terug op Genesis 3 waar geschreven staat hoe de slang Eva verleidt tot het eten van de verboden boom. Daar is de perfecte relatie tussen de mensen en God verstoord. En die ‘scheur’ wordt duidelijk(er) in de geschiedenis van Kaïn en Abel. De mens luistert niet naar God en handelt naar eigen inzicht met erge gevolgen. God heeft geen robots gemaakt, maar mensen die eigen keuzes kunnen maken. En die keuzes kunnen, tegen beter weten in, ook verkeerd zijn. Maar waarom doet God niets? Reinier verwijst in deze context treffend naar het beeld ‘Goedheid’ in Dresden, Duitsland. Tijdens de bombardementen van 13 februari 1945 kijkt het stil toe hoe de stad verwoest wordt. Zie hier de foto.

Korte antwoorden

Eén van de dingen die Reinier opmerkt is, dat het vooral omstanders zijn die de vraag stellen waarom God niets doet. Wie zelf lijdt stelt ze ook, maar ze zijn minder ingrijpend of fataal voor het geloof (p. 184). Nood leert bidden (en ook vloeken ja). Ik herken me er wel in dat ik ‘namens’ hen die moeilijkheden te verwerken krijgen, de vraag stel waarom God dit toelaat. Niet geregeld, maar toch. Op deze fundamentele vraag zijn korte en lange antwoorden te geven, aldus Reinier. Eerst kort door de bocht:

  1. God is liefdevol
  2. en sterker dan alles (almachtig)
  3. maar toch ervaar ik kwaad

Bovenstaande redenering is niet goed vol te houden omdat ze niet overeenkomt met hetgeen we ervaren. Dus één van de drie punten moet inleveren. Veel mensen relativeren daarom bewust of onbewust in moeilijke periodes van hun leven één of meer van bovenstaande punten.

God is niet echt liefdevol (punt 1), hij is tegen ons. Een weinig troostvolle reactie op je verdriet weliswaar… Immers, als God tegen iemand is, waarom zou je dan die ander helpen? Het tegenovergestelde biedt ook weinig troost: de bekende ‘het komt allemaal wel goed’ reactie uit de films. Niet alles komt altijd goed. Punt. De mantel der liefde kan niet al het kwaad en verdriet bedekken. Punt 1 afzwakken biedt in ieder geval niet hét antwoord op de vraag.

Een andere redenering is die waarin God niet almachtig is (punt 2). Hij is wel liefdevol, maar gewoonweg niet bij machte de wereld te besturen. De dingen glippen hem uit de vinders. Wederom een kort en simpel antwoord op de vraag waarom God niets doet. Maar als God wel liefdevol is, maar niet bij machte is je te helpen, wie dan wel? Als zelfs God het opgeeft, zouden wij het dan niet ook moeten opgeven? En: als God (of: iemand) macht heeft, verplicht dat hem tot altijd ingrijpen? Komt het hebben van macht met de onlosmakelijke verantwoordelijkheid altijd in te grijpen? Punt 2 afzwakken lijkt daarmee ook niet hét antwoord te geven op de vraag.

Tot slot kan je ook punt 3 afzwakken door te stellen dat het allemaal wel meevalt met het kwaad in de wereld. Ellende heeft nut, pijn lijden is belangrijk. Tegenslagen vormen de mens, zeg maar. It is God’s will. Nu sluit ik niet uit dat moeilijkheden in het leven een mens kan vormen, doen groeien. Maar om nu gewoonweg te stellen dat alle ellende een doel dient, maar dat dit doel voor ons niet altijd zichtbaar is… Da’s van een heel andere orde. De uitspraak dat kwaad geen enkel nut heeft en gewoon een kwestie is van domme pech biedt eveneens weinig troost. En daarmee lijkt punt 3 afzwakken ook geen bevredigend antwoord te geven.

Lange antwoorden

Hoe kunnen we onszelf en anderen dan troosten wanneer we geloven dat God 100% liefdevol is en 100% almachtig terwijl ons/hen tegelijkertijd ellende overkomt? Ellende zin geven kan het verergeren, maar ellende relativeren eveneens. Zwijgen dan? Er gewoon zijn voor de ander? In m’n volgende blog ga ik op dit onderwerp verder door te kijken wel lange antwoorden Jezus ons geeft, wederom adhv het boek van Reinier.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Meer over Renco Schoemaker

Renco is ruim 35 jaar, man en vader van twee. Hij was eerder jeugdouderling in zijn gemeente in Zwolle. Hij mag graag fietsen, hardlopen, tv series kijken en bloggen. Luistert tot slot graag naar harde christelijke herrie.