Skip to main content

Album top 11 van 2023 (Dick)

Dick selecteerde dit jaar 11 albums die een luisterbeurt verdienen. Dus oordoppen in, lezen en luisteren maar met zijn 2023 eindejaarslijst.
| Dick Sluiter |

Queens of the Stone Age – In Times New Roman

Ik luister relatief weinig ‘ruige’ muziek, een categorie waar Renco natuurlijk prat op gaat. Er is één dissonant en dat is Queens of the Stone Age. Hun doorbraakalbum Song for the Deaf (2002) was nota bene de eerste cd die ik draaide in de auto na het behalen van mijn rijbewijs en vervolgens met vrienden een ritje naar Apeldoorn maakte. Sindsdien ben ik de band niet uit het oor verloren. Ik heb ze weinig live gezien, maar van die keren staan de indrukwekkende ‘pits’ mij nog wel helder voor ogen. De nieuwste cd volgt op een turbulente periode in het leven van Josh Homme (scheiding, geruzie over voogdij) en zijn antwoord daarop is een no-nonsense rock plaat geworden. Eén die ik dus ook vaak gebruik om mijn hoofd even leeg te maken of even geen zin heb in getokkel of ander muzikaal gefröbel op de vierkante centimeter. Ook wel eens lekker: er staan er geen ballads op dit album. Zo’n ouderwetse riff voelt dan heerlijk. Bedankt dus, QOTSA.

Romy – Mid Air

Elk jaar belandt er ook wel één dance plaat in mijn lijst. Zo’n album wat je opzet als je een deadline moet halen of in een uitbundige stemming bent. Dit jaar kwam de debuut plaat van Romy uit. Romy heet voluit Romy Madley-Croft en wellicht ken je haar van The xx. Muzikale partner Jamie xx timmert al een tijdje aan de solocarrière-weg, maar Romy had meer tijd nodig. Dat blijkt ook te maken te hebben met het thema van de plaat; zelfacceptatie en, in Romy’s geval, een lans breken voor de LHBTQ+ zaak. Het levert ondanks deze onderwerpen een heerlijk, dansbaar album op. Lekkere nineties dance/pop die je slechte humeur doet vergeten of juist je uitgelaten stemming nog wat verhoogt. Althans bij mij gebeurde dat meerdere keren dit jaar.

Robin Kester – Honeycomb Shades

Keuzes, keuzes. Ik verkoos een wedstrijd van PEC Zwolle boven een concert van Robin Kester. Dat bleek achteraf de verkeerde keuze. Waar de wedstrijd het aanzien nauwelijks waard was, daar is het debuut album van Robin Kester juist een plek waar je eindeloos kunt vertoeven. Die live registratie zou dit toch minstens moeten evenaren. Je wordt op haar debuut vanaf het openingsnummer meegenomen op een weldadige, elektronische reis langs sommige grillige wegen of een harde tussentop, om daarna als vanzelf weer bij een of andere voortreffelijke melodie te belanden. Robin zou het zusje van Eefje de Visser kunnen zijn; ook al zo’n fantastische artiest die mooie klanktapijten kan neerleggen. Het album is een plek vol mysterie en melancholie, een plek waar ik graag mag zijn. Als ik er zo over nadenk, dan is het eigenlijk een compleet raadsel waarom ik een onguur voetbalstadion verkoos boven dit concert. Oja, ik weet het alweer, iets met familie. Maar de volgende keer wordt dat dus een concertzaal. Hopelijk om Robin Kester te horen, want dit album maakt dus erg benieuwd naar de live ervaring!

Slowdive – everything is alive

Deze veteranen vertegenwoordigen één van mijn favoriete genres: shoegaze. Letterlijk vertaalt; ‘schoenen starend’. Oftewel blik naar beneden gericht op standje oneindig, om vervolgens gitaarlaag op gitaarlaag te stapelen. Je voelt die ‘wall of sound’ op je afkomen als je de koptelefoon op hebt. De absolute koploper in dit genre is My Blood Valentine, maar Slowdive komt hier kort achteraan. De nieuwste worp bevat weer zinnenprikkelende melodieën, gitaarmotieven, en subtiele zang. Alles draait om sfeer en dat wordt als vanouds vanaf de eerste toon indrukwekkend neergezet. Het is tijdloos en weergaloos mooi, omschreef OOR treffend. Horen is geloven!

Spanish Love Songs – No Glory

Terwijl ik mijn recensies bij de verschillende bands schrijf kom ik erachter dat elk favoriet genre vertegenwoordigd is. Alsof ik het zo uitgezocht hebt, maar dat is dus niet zo. Nieuwe ster aan het emo-firmament, althans aan mijn firmament, is Spanish Love Songs. Emo is natuurlijk een brede term, maar als ik gitaren met zwaar-op-de-hand-teksten noem, dan raak ik vermoedelijk de kern wel. Ik ben volgens mij verliefd op dat dramatische, grote gebaar; die bijna lofzang op de mindere kanten van het leven. Spanish Love Songs heeft prachtig, droevige teksten over die keerzijde (Dylan Slocum heeft klaarblijkelijk een gitzwart wereldbeeld) en de songs nemen je moeiteloos mee op reis langs depressieve symptomen, de uitzichtloosheid van het leven, en andere ‘gezellige’ thema’s. En op een of andere manier is dat ook weer louterend. Precies wat No Glory dus doet, het neemt je mee, tilt je op en laat je los in die chaos, maar brengt je ook weer op de grond. Mooie ontdekking dit jaar.

Sufjan Stevens – Javelin

Het allereerste concert waar ik naar toe ging was van Sufjan Stevens in Paradiso. Mijn huisgenoot en ik lazen over een bijzondere artiest die naar Nederland zou komen en zonder al te veel (muzikale) voorkennis leek het ons wel een gokje waard. Zou de muziek tegenvallen, dan hadden we alsnog een avontuurlijke trip gemaakt. Maar wat bleek, de lofprijzingen voor het concert bleken dubbel en dwars waard. Niet alleen voor de oren, maar het gehele concert was één totaalbeleving (Sufjan wilde toen nog een plaat maken bij elke staat van Amerika en was aanbeland bij Illinois. Hij zou dit project overigens al snel loslaten). Elk nieuw album beluister ik sindsdien niet helemaal meer onbevooroordeeld, maar ze blijken gelukkig ook voor anderen van de buitenwacht van hoog niveau. Zijn vorige album, Carrie & Lowell, bleek al helemaal een voltreffer. Javelin haalt misschien net niet dat niveau, maar de karakteristieke stem uit duizenden, de opbouw van de nummers, en het gitaarspel zijn weer een streling voor de oren. Helaas blijkt Sufjan Stevens een serieuze ziekte te hebben, waardoor toeren er niet in zit. Wat een verlies! Ik had hem na al die jaren graag nog eens live willen zien. Dat zou ongetwijfeld beter zijn dan enkel een trip down memory lane.

Naaz – Never Have I Ever

En weer een Nederlandse, vrouwelijke artiest in mijn lijst. Op een soort coming-of-age/identiteits plaat zingt en praat Naaz over haar worstelingen met ouder worden en een plek in de wereld vinden. En heel erg anno nu: proberen uit te vinden wie ze nu eigenlijk is. Ze zingt over het artiestenbestaan, over haar (ouderlijke) wortels in Irak, over vallen en weer opstaan. Maar wat mij vooral beviel was de grootse productie: zoals veel buitenlandse, succesvolle zangeressen omarmt Naaz verschillende muziekstijlen op één album. Productioneel gebeurt er van alles en wordt er lekker uitgepakt. Een heel erg prettige luisterervaring, die uitnodigt om dit album keer op keer te draaien.

Boygenius – the record

De enige ander plaat van deze band, de korte gelijknamige EP, verscheen in 2018 ook al in mijn eindejaarslijst. Dit jaar verscheen dan eindelijk, na vijf jaar smachten, het volledige album. Dat had overigens een goede reden, want de afzonderlijke dames uit Boygenius (Lucy Dacus, Julien Baker en Phoebe Bridgers) timmeren solo allemaal succesvol aan de weg. De prachtige samensmelting van de drie verschillende stemmen blijft de grootste aantrekkingskracht van dit album. Of het nu a capella is, zoals in het openingsnummer, of juist opgegaan in stevigere nummers; het past ze goed. De stijl doet mij af en toe terugdenken aan de nineties, qua klankpalet/-kleur en zanglijnen. Dit speelt zonder twijfel in op mijn hang naar nostalgie, maar soit, dat doen ze dan heel erg aanstekelijk. Ik hoop dat ze elkaar in de toekomst nog veel blijven opzoeken, want ik zou toch graag nog veel meer materiaal van hun hand willen zien verschijnen. Het schijnen goede vriendinnen van elkaar te zijn, dus die kans is gelukkig groot. Ga ze vooral luisteren, zou ik zeggen.

De Jeugd Van Tegenwoordig – Moderne Manieren

Nooit een serieuze kans gegeven, de Jeugd Van Tegenwoordig. De recensies waren altijd positief, de singles leuk, talloze mogelijkheden om ze live te zien, maar toch geen kans gegeven. Tot dit album, Moderne Manieren, waarbij ik die muziek eindelijk eens meenam in mijn albumrotaties. En wat bleek: het is een heel leuk, dansbaar en grappig (spitsvondig) album. Bij elke luisterbeurt verschijnt er een vette glimlach op mijn gezicht. Het ging zelfs zover dat ik andere mensen de muziek ging aanraden. Dat waren verrassend veel positieve wendingen. Nu vraag ik me alleen af welke albums ik nog meer gewaardeerd zou hebben, als ik ze eens een eerlijke kans zou geven…

Lankum – False Lankum

Een onvervalste folkplaat in mijn lijst en nog wel eentje uit Ierland. Het stokoude instrumentarium doet je vanaf het openingsnummer meteen belanden in vervlogen tijden, een Ierland van eeuwen terug zeg maar. Dit klinkt misschien niet uitnodigend, maar als je, je eraan overgeeft krijg je een (h)eerlijke ervaring. Ik probeer het woord authentiek te vermijden (shit), maar het voelt vooral heel respectvol én trots op de eigen oeroude folk historie. Het door mij bewierookte Big Thief van vorig jaar komt nog het meest in de beurt van de sfeer die hier wordt neergezet; spannend, soms onheilspellend, rauw, maar ook troostrijk. Het is een album met de langste speelduur in mijn eindejaarslijst -hij duurt maar liefst 1 uur en 10 minuten- maar als je er eenmaal ingezogen wordt kan het je eigenlijk ook niet lang genoeg duren. Ik zou bijna zelf banjo willen leren spelen.

The National – First Two Pages of Frankenstein

Alweer een ‘usual suspect’ in mijn eindejaarslijst. De vrienden van The National brachten dit jaar met The First… één van hun beste platen uit hun discografie uit, met als prijsnummer Tropic Morning News (volgens Spotify Wrapped mijn meest afgespeelde nummer van dit jaar). De bromstem van Matt Berninger, de gitaarpartijen van de gebroeders Dessner, de gasten op de tracklist, alles valt prachtig op zijn plek op dit album. Klaarblijkelijk worstelde Berninger met zijn innerlijke demonen en een writers block, maar daar is (gelukkig) weinig van te merken. Ze brachten dit jaar zelfs nog een tweede album uit, die helaas te weinig draaibeurten heeft gemaakt om in aanmerking voor mijn eindejaarslijst te komen. Maar The First… is dus prijsschieten; elk nummer heeft weer details waar ik geen genoeg van kan krijgen, een stemovergang hier, een gitaarmotiefje daar etc. Laat deze band in huidige vorm maar albums bij de vleet uitbrengen, want de resultaten zijn er naar.