Skip to main content

Geld, tijd, ruimte en anderen deel 3

Het laatste deel in dit drieluik over (nacht)rust

Renco sluit zijn drieluik over (nacht)rust af met dit derde en laatste deel. Wat zegt de Bijbel over geld, tijd, ruimte en anderen? Een lastig deel drie.
| Renco Schoemaker |

Hoe goed kan jij de slaap vatten? Wanneer lukt het goed en wanneer niet (echt)? In het boek ‘Slaap vatten’ worden vier “fundamentele, praktische ingrediënten van een mensenleven” aangereikt door schrijfster Bregje Hofstede. Vier klinkt overzichtelijk, toch? Zoals de titel al deed vermoeden gaat het om geld, tijd, ruimte en anderen. Indien je deel 1 en deel 2 nog niet hebt gelezen, dan raad ik je ten zeerste aan dat eerst te doen. Vandaag het slot.

Bijbelse wijsheid

In maart schreef ik twee blogs van wat een drieluik ging worden. Over dit derde deel schreef ik: “En dat wordt het zo langzamerhand tijd voor de vraag die zich gaandeweg meer en meer aandient: hebben we niet zo’n oud boek tot onze beschikking dat over al deze zaken veel wijze en verstandige dingen zegt? Een bijbel die ook een heel ander geluid laat horen dan hetgeen we vaak horen om ons heen? Over de macht van geld, de tijden, natuur en zorg voor anderen? In het derde en laatste deel zal ik de volgende keer deze vier onderwerpen in Bijbelse context behandelen.”

De reden dat zo’n derde en laatste blog even op zich laat wachten is dat je jezelf daarmee je ‘schrijf vrijheid’ ontneemt. Van je af schrijven (en praten) gaat nu eenmaal makkelijker wanneer je dicht op de actualiteit blijft en/of dichtbij je eigen gevoel blijft. Dit derde deel heeft een wat verplichtend karakter voor me; ik móet hier nog meer over schrijven omdat ik tijdens het lezen van ‘Slaap vatten’ meerdere keren dacht: daar werd in de Bijbel al veel wijs over geschreven. En die link wil ik op een blog als geloofsvoer niet onbesproken laten. Wat helpt is dat deze blog al heel wat jaren bestaat en we al menig blog schreven over dergelijke onderwerpen. Dus het werd een middenweg: wél een slotstuk in het drieluik, maar geen poging tot exegese en in plaats daarvan een verdere overdenking en verwijzingen naar eerder (en ander) werk.

Geld, tijd, ruimte en anderen deel 3

Geld

Op geloofsvoer ging het al eerder over geld. Al in 2014 schreef zwager Len erover. Graag haal ik een viertal uitspraken uit zijn blog aan:

  • Niemand wordt in de Bijbel zoveel gewaarschuwd als de welvarenden
  • Leven voor het geld kan niet in combinatie met leven voor God
  • We creëren op deze manier een machtig monster dat steeds gevoed moet worden.
  • Geld geeft korte termijn geluk

Zelf heb ik het ook wel ervaren in mijn leven: meer geld verhoogt de levensstandaard en daarmee content zijn gaat niet vanzelf. Ik schreef in reactie op de blog van Len deze blog. Wanneer je niet oplet, verleg je je blik naar iets nieuws. Iets groters, iets mooiers. It never ends, zoals zanger Eric Clayton in een andere context al zong. Het ontneemt je de ontvankelijkheid voor God, in ieder geval gemakkelijker dan bij mensen die veel minder te besteden hebt. Vermogend én rijk zijn: het kán, denk ik. Maar of je het zou moeten willen..

Sterk vond ik de relatie die Bregje aanbrengt tussen geld en tijd: We roepen vaak ‘tijd is geld’, maar in feite zijn geld en tijd niet écht inwisselbaar. Met enige inzet kun je geld vaak wel aanvullen als het op is, maar ben je door je tijd heen, dan is het game over. Omdat tijd niet kan worden ‘bijgemaakt’ is het in feite een hardere munt. Dat betekent dat het eigenlijk niet zo slim is om al je tijd te steken in het vergaren van meer geld. Je kunt beter al je geld steken in het verzamelen van vrije tijd.

Zelf schreef ik in 2016 over zakelijke poen. Daarin zet ik uiteen welke creatieve trucs in uithaalde om uitgaven te rechtvaardigen. Gelukkig kan ik stellen dat dit inmiddels achter me ligt, maar de schaduwkant van geld blijft immer bestaan voor mij. Wees hierover niet naïef.

Tijd

Tijd, wie heeft er genoeg? Vanuit mijn eigen ervaring antwoord ik daarop: (bijna) iedereen, mits je bereid bent daarvoor te kiezen. Je hoeft niet bij de pakken neer te zitten, veelal kan je keuzes maken (niet altijd). Die mobiele telefoon hoeft jou niet eindeloos te blijven voeden. Len schreef jaren terug al eens over de digitale maagband. Je hoeft niet afwachtend te blijven, maar je kan jezelf de beangstigende vraag stellen: wat wil ik? Als er één ding is dat ik het afgelopen jaar heb geleerd, dan is dat deze vraag stellen. En dan niet alsof het daarbij dan alleen om mij draait, maar wel de zoektocht naar een diepere verankering, een drijfveer. Positieve herinneringen die je sneller en harder doen praten wanneer het er over gaat. Wat wil ik dan? Dick schreef er eerder over in deze blog over dingen willen én dingen doen.

Prediker schrijft over de tijd. Voor alles is een tijd, maar daarmee is het nog niet eenvoudig(er) geworden om te ontwaren wannéér tijden dan aanbreken en aflopen. Wat wil ik? Zodra er enig zicht komt op het antwoord op die vraag, kan je richting het doen opschuiven. En zonder al te dramatisch te willen doen: we houden onszelf hier mogelijk zeer succesvol voor de gek. Ik denk verstandelijk een hoop zaken te willen en steek of stak daar derhalve tijd in. Wat wil ik dan? Tijd ís beperkt (zie geld, hierboven) en toch krijg ik jeuk van uitspraken als ‘je moet het maximale uit het leven halen’. Van wie moet dat? Wat een druk brengt dat met zich mee, zoals meerdere keren ter sprake kwam in de podcast Dit dus. En wát maximaliseer je dan? Wát wil ik? Waar mag die tijd dan (niet) in gaan zitten?

Bregje sprak mij enorm aan met: “De verschillende bezigheden zijn nu als koekjes die genoeg afstand tot elkaar hebben op de bakplaat: ze kunnen nog uitzetten, zoals ervaringen dikwijls doen, rijpend en rijzend in een warmbloedig lijf.” Prachtige vondst. Weg met de maximale efficiëntie van mijn (werk)dagen, al stap ik nog te vaak in deze valkuil. Gedachten en ervaringen moet kunnen uitzetten, rijpen en rijzen. Daar moet ruimte (tijd) voor zijn in je hoofd en in je agenda. En nee, dat organiseer je niet met een app en een self-help boek. Do the work: wát wil ik?

Ruimte

In de afgelopen maanden heb ik al genoeg reclame gemaakt voor het wandelen dus ik zal me daarover inhouden. Onlangs besloot ik tot een dag wandelen en bracht de bakplaat metafoor in de praktijk: ik nam 2u meer de tijd dan voor de wandeling stond (kijkend naar de afstand). Ik kwam onderweg een bekende tegen en kon uitgebreid een spontaan praatje maken (ik stond daar meer dan normaal voor open) en bleef plakken bij het graf van mijn opa waar ik een begrafenis gadesloeg van een afstand. Triviaal, kan je zeggen. Toch neem ik zelden ruimschoots meer tijd dan nodig voor iets. Meer en meer ervaar ik de ruimte – eigenlijk altijd buitenshuis – die dat brengt. Geld, tijd en ruimte zijn nauw met elkaar verknoopt. Meer tijd en ruimte bieden ontvankelijkheid voor het nú. Wat gebeurt er om je heen? In de fysieke wereld, welteverstaan. Ruimte in de kop en in de agenda geeft zicht op zoveel meer. Ruimte tussen de koekjes op de bakplaat. Over een ander soort ruimte schreef ik deze blog.

En dan schrijf ik dit en denk ik tegelijkertijd: wat weet ik nu eigenlijk hierover? Mijn ervaring is mijn ervaring. Niet alleen zeer beperkt (n=1), maar ook enorm persoonlijk en particulier. Heeft het zin dit te delen? Heeft een verloren lezer er wat aan? Is het belangrijk dat iemand er iets aan heeft? Voor wie moet het zin hebben? Waarom schrijf ik het van mij af? Moet het? Van wie?

Toch. Toch denk ik dat het op één of andere manier zin heeft of zal hebben voor iemand. Ikzelf en iemand anders.

Anderen

Wie is jouw naaste? Wie mag een beroep doen op jouw tijd, die moet komen uit jouw volle agenda? Er wordt een koekje op de bakplaat geperst, tussen de andere koekjes. Ze koeken aan elkaar. Wat doet dat met je? Durft iemand eigenlijk wel een beroep te doen op je? We functioneren in onze eigen sociale contexten en juist die kerk gaat daar diagonaal doorheen. Juist die kerk. Waar een teveel aan ‘ik’ nog wordt uitgebalanceerd met meer ‘wij’. Maar zonder kerk of anderszins vergelijkbare structuur is het lastig om je blijvend met anderen te omringen die zoveel anders zijn. Die juist veel of weinig geld hebben. Een jaloersmakende hoeveelheid tijd door andere levenskeuzes of altijd geduld kunnen opbrengen (of juist niet).

Die ander, die is cruciaal. En die Ander. Het zijn die beide richtingen (horizontaal en verticaal) die het leven vullen, zo ben ik van mening. Maar het gaat niet vanzelf. Net als dit laatste deel van dit drieluik. Ik vermoed mijn laatste drieluik ooit. En tof dat je het hebt uitgehouden tot aan hier!

Iets meer over auteur Renco Schoemaker

Renco is ruim 35 jaar, man en vader van twee. Hij was eerder jeugdouderling in zijn gemeente in Zwolle. Hij mag graag fietsen, hardlopen, tv series kijken en bloggen. Luistert tot slot graag naar harde christelijke herrie.

Categorieën

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.